ZANDVOORT - Het Circuit Zandvoort mag maandag beginnen met de 'echte' bouwwerkzaamheden om de Formule 1 in mei mogelijk te maken. Dat heeft de rechter in Haarlem besloten. Milieuorganisaties vrezen dat er te veel stikstof wordt uitgestoten tijdens die werkzaamheden en de race zelf. Ze eisten van de rechter dat er beter onderzoek naar gedaan zou worden. Tevergeefs, de rechter vindt dat de vergunning op correcte wijze is verleend door de provincie Noord-Holland.
Het is de tweede keer dat de provincie, het circuit en de natuur- en milieuorganisaties tegenover elkaar staan in de rechtszaal. De eerste zaak, waarbij het graven in het leefgebied van de rugstreeppad en de zandhagedis centraal stond, eindigde ook in het voordeel van het circuit. Daarbij ging het om voorbereidende graafwerkzaamheden. Vrijdag zijn het diezelfde organisaties, onder aanvoering van Mobilisation for the Environment (MOB), maar nu draait alles om de uitstoot van stikstof rondom het Formule 1-evenement. Te veel stikstof zou het omliggende Natura 2000-gebied kunnen beschadigen.
Rapport: minder stikstof
Centraal staat een onderzoek van het onafhankelijke adviesbureau Peutz, waarin geconcludeerd wordt dat de stikstofuitstoot rondom de Formule 1 binnen de marges blijft. Sterker nog, het zou zelfs verminderen. De bouwwerkzaamheden zorgen natuurlijk voor flink wat uitstoot, maar daar tegenover staat dat de racebaan de komende maanden nauwelijks gebruikt zal worden. Op basis van dit onderzoek heeft de provincie Noord-Holland de vergunning verleend aan het Circuit Zandvoort. In 'racetempo', want tussen aanvraag en verlening zaten slechts vier weken. Tussen het besluit van de provincie en het inleveren van de laatste versie van het Peutz-rapport zat een dag. En dát roept grote vraagtekens op bij de milieuorganisaties.
Hogedrukketel
Valentijn Wösten is advocaat van MOB en stelt dat de provincie erg onzorgvuldig is geweest. "Alles moest besloten worden in een hogedrukketel. Zulke moeilijke rekensommen hebben tijd nodig om ze goed te maken. Als het snel moet, dan worden er fouten gemaakt. Ik heb met verschillende adviseurs naar de cijfers gekeken en niemand kan er een touw aan vast knopen, het zijn flauwekulgetallen." De vergunning is verleend op basis van informatie van een vergunning die in september 2011 aan het circuit is verleend. Daarin werd ook rekening gehouden met de komst van een Formule 1-race. De milieuorganisaties vinden dat de situaties van toen en nu niet te vergelijken zijn en dat alles opnieuw getoetst moet worden. En anders maar de eerste editie in 2021, zo stelde Wösten voor.
Rechter overtuigd
De advocaten van het circuit en de provincie Noord-Holland wisten de rechter ervan te overtuigen dat de cijfers van Peutz wel betrouwbaar zijn. "U kunt de vergunning nu schorsen en de werkzaamheden stilleggen, maar dan vinden er weer races plaats en dat geeft dus nog meer uitstoot van stikstof", grapte de advocaat van de provincie. Het Circuit Zandvoort benadrukte dat niet de hele baan wordt omgebouwd, maar dat het om een paar aanpassingen gaat. Aanpassingen die moeten, omdat de organsatie van de Formule 1 dat eist. Wat weer tot irritatie leidde bij advocaat Wösten. "Ze doen alsof het om de aanleg van een dakkapel gaat."
Directeur Robert van Overdijk probeerde de rechter ervan te overtuigen dat de komst van de Formule 1 van groot belang is. "We doen dit zonder ook maar één euro overheidsgeld. Het WK lukte niet, de Olympische Spelen niet, wat zou het mooi zijn als de fans hun nationale sportheld Max in Zandvoort kunnen zien rijden."
Op 8 november zal er een gesprek volgen tussen het Circuit Zandvoort en de milieuorganisaties. "Die Formule 1 mag van ons best plaatsvinden, maar we willen er wel wat voor terug. Minder stikstofuitstoot, minder CO2-uitstoot, minder geluidsoverlast en een fatsoenlijk natuurbeheerplan van het circuit", aldus Marc Janssen van Stichting Natuurbehoud. Dat willen de andere partijen ook, een enkeling zal gaan proberen om de race zelf tegen te houden.
Verzoek van de rechter
De rechter voegde aan haar uitspraak wel een 'klein steekje toe' aan de provincie Noord-Holland. Ze stelt dat 'het verweerder zou sieren wanneer de bezwaarprocedure net zo voortvarend ter hand wordt genomen als de procedure van vergunningverlening.' De milieuorganisaties zullen die bezwaarprocedure zeker gaan starten.